Vereniging Maarten Tromp 

 

Hoofdpagina

 

 

Voorjaarsbijeenkomst op donderdag 20 april 2006


 

Donderdag 20 april j.l. kwamen weer 42 leden van onze vereniging samen op de kroon van onze Deltawerken "De Maeslantkering".
De excursie begon in het ontvangstgebouw met een kopje koffie met gebak. Daarna werd een film vertoont over de noodzaak en bouw van deze waterkering. Na de film startte de excursie over de waterkering onder leiding van een uiterst bekwame rondleider. Ook werd een bezoek gebracht aan de controlekamer en het noodagregaat, dit deel van de excursie was alleen voorbehouden aan de mannen.
De vrouwen konden in die tijd genieten van een wandeling buiten de kering of in het restaurant met een mooi uitzicht op de Nieuwe Waterweg

Een kleine fotoreportage van onze bijeenkomst


Voorgeschiedenis van de Deltawerken

Uit studies van Rijkswaterstaat die sinds 1937 waren uitgevoerd, bleek dat de veiligheid van Nederland in tijden van grote stromen en hoge waterstanden niet verzekerd kon zijn. In de dichtbevolkte gebieden aan de monding van de Rijn, Maas en Schelde bleek het moeilijk en duur om nieuwe dijken te bouwen of oude te verstevigen. In eerste instantie leek de oplossing de afdamming van alle riviermondingen: de Westerschelde, de Oosterschelde, het Haringvliet en het Brouwershavens Gat. Dit voorstel werd het Deltaplan genoemd. In 1950 werd begonnen met de afdamming van het Brielse Gat en de Botlek. Daardoor werd de Brielse Maas een zoetwaterbekken. Dat was met name belangrijk, omdat de tuinbouw op Voorne een groot gebrek aan zoet water had. Het Deltaplan in z’n totaal was echter zo omvangrijk, dat men een geleidelijke uitvoering in gedachten had. De watersnoodramp van 1953 gooide roet in het eten. 1835 mensen lieten het leven en ruim 150 000 ha kwam onder water kwam te staan. Het besef groeide dat er onmiddellijk wat moest gebeuren, en niet geleidelijk aan. Twintig dagen na de watersnoodramp was er een Deltacommissie geïnstalleerd. Deze commissie zou adviezen geven over de uitvoering van een Deltaplan dat de veiligheid in het Deltagebied duurzaam zou verhogen. Hoe veilig het gebied ook moest worden, de Nieuwe Waterweg en de Westerschelde moesten open blijven vanwege het economische belang van de havens van Rotterdam en Antwerpen. Om dammen te kunnen aanleggen in de monding van de waterwegen zouden er ook een aantal hulpdammen gebouwd moeten worden in de Zandkreek, de Krammer, de Grevelingen en het Volkerak. Deze worden de ‘compartimenteringsdammen’ genoemd, omdat ze het water in kleinere compartimenten zouden verdelen. Om de bouw van de dammen goed te regelen werd in 1959 de Deltawet aangenomen

De Deltawerken

Overzicht Dammen
De verschillende onderdelen van de Deltawerken kunnen niet tegelijkertijd worden voltooid. Rijkswaterstaat kiest er dan ook voor om een logische volgorde aan te houden: van klein naar groot en van eenvoudig naar ingewikkeld. Op deze manier kan er tijdens de bouw zoveel mogelijk geleerd worden, en kunnen ervaringen opgedaan worden die kunnen helpen bij het uitvoeren van de meest ingewikkelde onderdelen van de Deltawerken. Bij de volgorde wordt rekening gehouden met het aanwezige materiaal en de beschikbare mankrachten. Ook houdt Rijkswaterstaat er rekening mee dat de veiligheid tegen stormvloeden zo snel mogelijk verkregen wordt. Op basis van deze overwegingen, wordt besloten de Deltawerken in onderstaande volgorde uit te voeren:

1. Stormvloedkering in de Hollandse IJssel
2. Afdamming van de Zandkreek
3. Afdamming van het Veerse Gat
4. Afdamming van de Grevelingen
5. Afdamming van het Volkerak
6. Afdamming van het Haringvliet
7. Afdamming van het Brouwerhavense Gat
8. Afdamming van de Oosterschelde
9. Stuw- en schutsluizen in de Oude Maas  **  (Maeslantkering)

 

De Maeslantkering

De kering bestaat uit twee grote waterkerende deuren die zich bij 'normaal weer' in de parkeerdokken langs de beide oevers bevinden. Als voor Rotterdam een waterstand van 3.00 meter boven NAP wordt verwacht, dan moeten de Maeslantkering en de Hartelkering sluiten. De computer van de stormvloedkering, het Beslis en Ondersteunend Systeem (BOS) roept het Besturingssysteem (BES) op tot sluiting. Het BES voert de commando's van BOS uit.

Bij stormvloed worden de dokken vol water gelaten, waardoor de holle deuren gaan drijven en ze de Nieuwe Waterweg kunnen worden opgedraaid. Als de deuren elkaar zijn genaderd, lopen de holle ruimten in de deuren vol water en zinken ze tot op de bodem. Zo sluiten ze een opening van 360 meter af. Zodra het hoogwater voorbij is, worden de deuren leeggepompt. De constructie gaat weer drijven. Als zeker is dat het volgende hoogwater niet opnieuw erg hoog wordt, kunnen beide deuren terug in hun dok.

Bij een sluiting is de Nieuwe Waterweg afgesloten voor de scheepvaart. De stormvloedkering zal alleen worden gesloten bij extreem slecht weer, naar verwachting eenmaal per tien jaar. Er zal waarschijnlijk jaarlijks een proefsluiting plaatsvinden om de apparatuur te controleren. Dit zal gebeuren op een moment dat er weinig scheepvaart is. Over 50 jaar zal vanwege de stijging van de zeespiegel de stormvloedkering vaker moeten sluiten: eenmaal per 5 jaar.

Bron: Rijkswaterstaat/Deltawerken online